5. Samenhangende aanpak Wie heb je nodig en wat staat je te doen?
Wegwijzer gemeenten > 5. Samenhangende aanpak
De urgentie
De urgentie om de sociale en pedagogische basis te versterken wordt steeds groter omdat daarmee kan worden gewerkt aan herstel van het sociaal fundament en van onderlinge verbindingen en steun. Dat herstel is nodig omdat de versobering van de verzorgingsstaat heeft geleid tot verschraling van traditionele voorzieningen, zoals muziekscholen, bibliotheekfilialen, zwembaden en bejaardenhuizen. In welke mate de pedagogische basis is verzwakt, valt moeilijk te zeggen. Dit verschilt van wijk tot wijk. Hoe krijg je jongeren, wethouders, maatschappelijke partners en de gemeenteraad mee in de beweging om de pedagogische basis te versterken? Hoe zorg je ervoor dat iedereen weet welke opgave er ligt en de urgentie voelt om er samen mee aan de slag te gaan? Start met het fysiek samenbrengen van betrokkenen in inspiratiesessies of gesprekstafels. Stel bijvoorbeeld de vraag aan de leden van de gemeenteraad wat zij zien als een rijke pedagogische omgeving voor kinderen en jongeren. Vraag wat zij anders of extra kunnen doen om hieraan bij te dragen. Durf daarbij de ruimte te geven voor het denken buiten de systemen.
Wie zijn nodig binnen de gemeente?
De gemeentelijke beleidsafdelingen die een bijdrage kunnen leveren aan de pedagogische basis zijn binnen de gemeente vaak verkokerd georganiseerd. Ook worden de collega’s die gaan over de fysieke leefomgeving en over de uitvoering van de Omgevingswet, nog wel eens over het hoofd gezien, terwijl de pedagogische basis een belangrijke ruimtelijke component kent.
Door de verkokerde gemeentelijke organisatie hebben jongeren- en welzijnsorganisaties te maken met verschillende gemeentelijke beleidsmedewerkers vanuit jeugd, preventie, volksgezondheid, veiligheid, participatie enzovoorts. Daardoor kan het gebeuren dat gemeentelijke opdrachten onderling schuren. Voor een integrale aanpak is het nodig dat gemeenten hun verschillende beleidsterreinen bundelen en samenhang aanbrengen in de opdrachtverlening, subsidiëring en monitoring. Naast beleidsmedewerkers en wethouders zijn binnen de gemeente ook de betrokken accounthouders, contactmanagers en gebiedsregisseurs belangrijke samenwerkingspartners. Net als de gemeenteraad natuurlijk. Zie Bijlage 2 voor een overzicht van mogelijke netwerken waarmee je pedagogische allianties kunt sluiten.
Wie zijn nodig buiten de gemeente?
De gemeente heeft ook de taak om pedagogische allianties te smeden met alle partijen die een bijdrage leveren aan het lokale opvoedkundige klimaat, zoals kinderopvang en onderwijs, jeugdgezondheidzorg, kinder- en jongerenwerk, zelf- en vrijwilligersorganisaties, religieuze organisaties en organisaties in de vrijetijdssector, bijvoorbeeld op het gebied van sport, cultuur en natuur. Hoe meer mensen vanaf de start mogen meedenken over de ambitie voor de pedagogische basis, de bijdrage die zij hieraan kunnen leveren en de aanpak en de activiteiten die daarvoor worden ingezet, des te eerder zij zich mede-eigenaar voelen en in actie komen. Sluit daarom aan bij bestaande netwerken. Commitment vanuit het management van de betrokken partijen vergroot de kans dat zij voor voldoende tijd, capaciteit en continuïteit in de uitvoering zorgen. Zie Bijlage 2 voor een overzicht van mogelijke netwerken om pedagogische allianties mee te sluiten.
Organiseer samenwerking en besluitvorming
Om pedagogische allianties te versterken sluit je aan bij bestaande netwerken. In Bijlage 2 staan netwerken of overlegstructuren waar je aan kunt denken. Bepaal met elkaar waar en hoe je de samenhangende aanpak kunt voorbereiden, afstemmen en verduurzamen. Zoek voor de ontwikkeling van het plan voor het versterken van de pedagogische basis een aantal regisseurs of sleutelfiguren die overzicht en verbinding hebben in de bestaande overleg- en besluitvormingscircuits.
Samenwerking met kinderopvang en onderwijs
De kinderopvang en de scholen weten goed wat er bij hun kinderen en jongeren speelt omdat die er veel tijd doorbrengen. Tussen gemeenten en onderwijspartners bestaan al veel - wettelijk verplichte – vormen van samenwerking, zoals op het gebied van Voorschoolse en Vroegtijdige Educatie (VVE) en de ontwikkeling van Integrale Kindcentra. Ook op het gebied van onderwijshuisvesting wordt samengewerkt om het schoolgebouw een brede maatschappelijke (wijk)functie te geven.
Via hun GGD hebben gemeenten ook een stevige relatie met hun kinderopvangorganisaties vanwege hun wettelijke toezichtfunctie. En de GGD (jeugdgezondheidszorg) werkt samen met scholen aan gezonde leefstijl en welbevinden van leerlingen. En in de Lokaal Educatieve Agenda en het Op Overeenstemming Gericht Overleg (OOGO) maken gemeenten, kinderopvang en onderwijs afspraken met elkaar over bijvoorbeeld het leerlingenvervoer en jeugdhulp op school.
Op veel plekken in het land loopt de samenwerking met kinderopvang en onderwijs goed. Wel blijven tussen gemeenten en onderwijs discussies bestaan over wie wat betaalt en wie waar voor verantwoordelijk is. Daar wordt geen kind beter van. Echt samenwerken lukt alleen als je elkaar en elkaars rol goed kent, elkaars taal begrijpt, weet wat voor de ander moeilijk is en gelooft dat je de ander nodig hebt om tot betere oplossingen te komen. Om anders samen te werken is het nodig om krachten te bundelen, over organisatiegrenzen heen te stappen, lef te tonen door bindende afspraken te maken voor een doorlopende ontwikkellijn van kinderen en jongeren.
Voorbeelden deze samenwerken zijn te vinden in het programma School en Omgeving van de Gelijke Kansen Alliantie En het programma Kansrijke start, het Nationaal Programma Onderwijs en het programma Gezonde school. Zie ook Overzicht van landelijke programma’s en financiële regelingen. Lees meer in deze publicatie over krachtig samenwerken in de pedagogische basis.
Checklist integrale aanpak gezondheidsachterstanden
Om gezondheidsachterstanden in samenhang aan te pakken heeft Pharos een checklist ontwikkeld. Deze checklist biedt inzicht in wat de gemeente al doet om gezondheidsachterstanden aan te pakken op de onderdelen participatie, preventie & zorg, gedrag & vaardigheden, fysieke omgeving en sociale omgeving. Daarnaast worden vragen over succesvoorwaarden gesteld. Deze voorwaarden gelden ook voor de pedagogische basis.
Met alleen het aanleggen van een sportveld ben je er nog niet (voorbeeld van Pharos)
Stel dat je als gemeente het gezond leven van jongeren wilt bevorderen. Met alleen het aanleggen van een mooi sportveld ben je er nog niet. Naast het fysieke element van een plek (hardware) moet er vaak een organisatie actief zijn, bijvoorbeeld van buurtsportcoaches, die activiteiten organiseert (software), en is er een partij nodig die bijvoorbeeld het onderhoud, de financiën en de planning van het gebruik van het sportveld op zich neemt (orgware). In kwetsbare wijken is het extra belangrijk dat in alle drie de voorwaarden geïnvesteerd wordt op een manier die aansluit bij het gedrag, de mogelijkheden en de behoeften van de inwoners.
Burger en overheid trekken samen op
Nog maar weinig wijkteams zijn bezig met het activeren van inwoners, zoals vrijwilligersorganisaties en burgerinitiatieven, en met het aansluiten bij collectieve voorzieningen, zoals de bibliotheek of muziekschool. Dat is een gemiste kans want een sociaal krachtige wijk is een goede voedingsbodem voor gezond opgroeien. Het activeren van burgers begint met een gemeentelijke opdracht die kan worden belegd bij het wijkteam of bij andere partners, zoals het jongerenwerk of het opbouwwerk. Mooie voorbeelden van collectief (samen)werken staan in dit magazine van Movisie. Samenwerking tussen burgerinitiatieven en wijkteams staan in deze publicatie van het NJi.
Publiek-private samenwerking
De buurtsupermarkt die baantjes heeft voor de lokale jeugd, creatieve ondernemers die activiteiten organiseren voor jonge buurtbewoners en kringloopwinkels met een buurtfunctie: het zijn voorbeelden van private organisaties die belangrijk zijn voor de pedagogische basis in een wijk. Misschien heeft de gemeente al warme contacten met zulke ondernemers of is bekend welke sociale en culturele ondernemers openstaan voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Denk met hen mee en zoek naar hun intrinsieke motivatie om de samenwerking aan te gaan rond een thema als ‘werken aan een gezonde generatie’.
Tips
- Leg verbindingen tussen collega’s uit de domeinen onderwijs (VVE, IKC, huisvesting etc.), welzijn, jeugdgezondheidszorg, veiligheid en de fysieke leefomgeving om tot één visie op de pedagogische basis te komen.
- Zorg voor integrale gemeentelijke sturing en éénduidige opdrachten richting wijkpartners.
- Neem de wethouder(s) en gemeenteraad mee in het proces.
- Toets andere beleidsplannen aan de opgave om de pedagogische basis te versterken.
- Werk actief aan de samenwerking tussen formele en informele steun.
- Zoek en verbindt actieve sociale en culturele ondernemers in de wijk.
- In de samenwerking met kinderopvang en scholen: bundel de krachten, overstijg organisatiegrenzen, heb lef en maak bindende afspraken voor een doorlopende ontwikkellijn van kinderen en jongeren.
Vragen over een samenhangende aanpak
- Zijn binnen de gemeentelijke organisatie alle relevante domeinen betrokken?
- Is er bij de wijkaanpak aandacht voor de domeinen die minder voor de hand liggen, zoals de fysieke omgeving in de zin van woningen, verkeer, rotzooi op straat, veiligheid en luchtverontreiniging?