Handreiking Mijn Thuis: de visie van ‘zo thuis mogelijk opgroeien’
De term ‘Zo thuis mogelijk opgroeien’ is breed gedragen in de jeugdhulp. Maar wat betekent ‘thuis’?
2. Steun en hulp > Handreiking Mijn Thuis: de visie van ‘zo thuis mogelijk opgroeien’
Wat kun je als professional doen om ervoor te zorgen dat thuis een fijne plek is en blijft? Hoe werk je daaraan samen met gezinnen en hun netwerk? En hoe zorg je voor een thuis voor kinderen als dit bij hun ouders niet mogelijk is? De handreiking Mijn Thuis helpt professionals hierbij.
De term ‘Zo thuis mogelijk opgroeien’ is breed gedragen in de jeugdhulp. Maar wat betekent ‘thuis’? "Thuis is de plek waar je woont en waar je je thuis voelt", antwoordde een 17-jarige jongere op deze vraag. Er zijn landelijk, maar ook over de hele wereld, veel initiatieven, organisaties en professionals bezig met ‘Zo thuis mogelijk opgroeien’. Soms samen, soms los van elkaar. Harmke Bergenhenegouwen, senior adviseur passende hulp bij het NJi: ‘Mensen geven daar vaak verschillend invulling aan, waardoor de samenwerking moeilijk tot stand komt. Dit kan een van de redenen zijn dat het aantal uithuisplaatsingen in Nederland maar langzaam daalt.’
Zo thuis mogelijk
De handreiking Mijn Thuis helpt professionals die werken met kinderen, jongeren en gezinnen met meervoudige, ernstige en langdurige problemen. De visie van 'zo thuis mogelijk' is dat kinderen thuis opgroeien, ook als er ernstige problemen zijn in een gezin. Is een uithuisplaatsing toch onvermijdelijk, dan moet er een 'zo thuis mogelijke' plek zijn voor het kind. Kleinschalig, bijvoorbeeld bij familie, in een pleeggezin of in een gezinshuis. En dicht bij hun eigen thuis en op dezelfde school, zodat hun dagelijkse leven kan doorgaan en de relatie met vrienden en familie niet wordt verbroken. Verder betekent 'zo thuis mogelijk' dat vanaf het begin van een uithuisplaatsing voortdurend gekeken wordt wat er nodig is om het thuis zo veilig te maken dat het kind weer terug kan naar huis.

Kanteling in denken
De kern van de handreiking: de beste hulp vindt plaats in het gezin, met het gezin en met de mensen om het gezin heen. Dat past bij de kanteling die de sector maakt, van individuele hulp aan het kind naar gezinsgerichte hulp. Marlies de Jong, senior adviseur passende hulp: ‘Voorheen werkte het jeugdveld vooral vanuit het “probleem” van een kind. En bij methodes, visies en handreikingen was de hulpverlening vaak het startpunt.
Terwijl het uitgangspunt moet zijn: Hoe draag je bij aan het versterken van de veerkracht van gezinnen? Wie zijn er al in hun eigen omgeving aanwezig? Wat hebben de gezinsleden nodig van familie, vrienden, de buurt en de school om duurzame verandering voor elkaar te krijgen? En wat kan de hulpverlening daaraan toevoegen? Met die integrale blik hebben we de handreiking gemaakt.’
Gedeelde verantwoordelijkheid
De handreiking werd positief ontvangen. Bergenhenegouwen: ‘Professionals zijn enthousiast, omdat ze hiermee vanuit dezelfde visie kunnen samenwerken. De meerwaarde werd ook gezien in het feit dat de handreiking bedoeld is voor een brede groep professionals uit verschillende domeinen, zoals het onderwijs en de volwassenen GGZ.’ De Jong vult aan: ‘Er staan praktische handvatten in voor professionals. Ook beleidsmakers en bestuurders van organisaties, gemeenten en jeugdhulpregio’s kunnen met deze visie sturing geven aan ‘zo thuis mogelijk opgroeien’. Iedereen heeft daarin een stukje van de puzzel te leggen, op basis van een eigen rol en expertise. Een gezamenlijke beweging kan ontstaan door gedeelde verantwoordelijkheid.'
Meerjarige ambitie
Bergenhenegouwen en De Jong benadrukken dat deze handreiking slechts een begin is. De Jong: ‘Onze grootste opdracht voor de komende jaren is om bij te dragen aan het werken vanuit deze visie in de praktijk. We organiseren dialoogsessies voor professionals en denken mee hoe je hier in de praktijk samen vorm aan kan geven.' Natuurlijk kunnen professionals dit niet alleen, aldus Bergenhenegouwen. ‘In 2025 focussen we ons daarom ook op beleidsmakers en bestuurders. De handreiking ‘Mijn Thuis’ kan dienen als een gezamenlijk kompas.’
